Fenny van Wees loopt al van jongs af aan rond in ‘A.van Wees distilleerderij de Ooievaar’. Ruiken en proeven werd haar met de paplepel ingegoten door haar ouders. Hand- en spandiensten verrichten in het bedrijf beschouwde ze als een vanzelfsprekendheid.
Na het VWO werkte Fenny een aantal jaren in de reclame, terwijl ze in de avonduren diverse studies afrondde. In 1998 maakte ze de overstap naar het familiebedrijf om zich te bekwamen in het ambacht. Vader Cees van Wees bracht haar de kunst en de kunde van het fijndistilleren bij.
Nu, jaren later, vindt Fenny het tijd om de kennis over genevers en de kunst van het ruiken uit te dragen. Niet in de laatste plaats omdat plaatsing op de Nationale Inventaris Immaterieel Erfgoed alleen zin heeft als het ambacht een nieuwe plek in de samenleving krijgt.